Category Archives: Uncategorized

Tussen groen en de bonte kleuren van mountainbikers – Wandeling landgoed Den Treek – Leusden

Zondag 19 juli in het Corona-jaar 2020 begaf ik me naar Leusden en parkeerde mijn auto op de Paradijsweg. De wandeling van circa 14 km was enerzijds paradijselijk, gezien het weldadige landschap, maar wekte ook ergernis vanwege onjuiste afstandsaanduidingen in de gids en dus verkeerd lopen en de confrontatie met talrijke mountainbikers over een eigen parcours die soms samenviel met mijn aangegeven wandelroute en soms die kruiste. Ik heb begrepen dat zo’n landgoed om extra inkomsten te genereren dit soort parcoursen bewust uitzet, want de mountainbiker moet voor gebruik er van betalen. Of dat bevorderlijk is voor flora en fauna valt ernstig te betwijfelen.

img_8463   img_8464

In een oorkonde uit 777 wordt melding gemaakt van villa Lisiduna, gelegen op de overgang van Utrechtse Heuvelrug en Gelderse Vallei. Karel de Grote schenkt deze villa aan de Utrechtse kerk. Een villa is wat wij landgoed noemen, met boerderijen, akkers, bossen, weiden etc, toebehorend aan één heer en bewerkt en bebouwd door horigen. Uit genoemde villa ontwikkelde zich het dorp Leusden, met in 1006 al een eigen kerkgebouw. Er vindt landbouw plaats en ijzerwinning. Zandgronden en veengebieden komen hier samen. In de 18e eeuw raakt Leusden ontvolkt, dusdanig dat in 1827 de kerk wordt afgebroken en een nieuwe in Leusbroek wordt gebouwd. Leusden is Oud-Leusden geworden en Leusbroek wordt Leusden.

img_8465   img_8466

img_8467     img_8468

img_8469    img_8470

De laatste foto rechts laat de Woudenbergse grift zien oftewel het Valleikanaal. Dat kanaal kent een lengte van 40 km en loopt van de Nederrijn bij Rhenen aan de voet van de Grebbeberg naar de Eem in Amersfoort. Gedurende die 40 km loopt het na Rhenen door de plaatsen  Wageningen, Veenendaal, Overberg, Scherpenzeel, Woudenberg en Leusden om dus uiteindelijk in de keistad te eindigen. In zijn huidige vorm is het in het kader van de werkverschaffing aangelegd tussen 1935 en 1941, als versterking van de Grebbelinie en verbetering van de afwatering van de Gelderse Vallei. Het gedeelte tussen Rhenen en Veenendaal werd al in de middeleeuwen gegraven onder bisschop David van Bourgondië en heette Davidsgrift, kortweg Grift. Bij Woudenberg is een deel van de Lunterse Beek gebruikt, bij Leusden de Moorster- en Modderbeek.

img_8471   img_8472

img_8473    img_8475

Den Treek is één van de 26 hoeven die al in de dertiende eeuw in de streek te vinden zijn en gezamenlijk een marke vormden oftewel een meent. Bavoort, thans een restaurant, was een andere hoeve. Den Treek breidt zich steeds meer uit, als huis en als landgoed. In 1807 wordt het gekocht door Willem Hendrik de Beaufort, die het huis verbouwt, twee nieuwe vleugels toevoegt en een koetshuis. Tot 1998 was het eigendom van de Beauforts. Van 1949 tot 2000 was het een hotel. Nu is het weer particulier bewoond.

img_8476   img_8477

Tegen het eind van mijn rondwandeling ontmoet ik een oudere man op een bankje, met plaats voor twee binnen de corona-afstand. Hij fietst dagelijks vanuit z’n woonplaats Amersfoort naar dit gebied. Hij vertelt spontaan dat hij weduwnaar is, al weer 15 jaar, vrouw plotseling op vakantie overleden aan een geknapt aneurysma. Zelf heeft hij daarna long- en nierkanker, darm- en prostaatkanker overleefd. En recentelijk ook nog corona. ‘Ik ben God dankbaar’,  zegt hij. ‘s Avonds eet hij een boterham en gaat dan ook weer op pad. Van tv kijken houdt hij niet, vandaar. 

 

 

Monument voor de gevallenen – Blaricum

blaricum04

 

Dit monument werd in 1948 onthuld. Een monument voor alle gevallenen in de gemeente. Voor een ieder dus die door de oorlog het loodje legde, op elke manier dan ook. Vraag die opkomt: monument dus ook voor gevallen Duitsers? Of waren die er niet in Blaricum. Enfin, het ontwerp is van ir.H.F.Sijmons.  Hermanus Franciscus werd 26 december 1881 in Amsterdam geboren en was de oom van architect Karel Sijmons, de architect van oa. de Thomaskerk in Amsterdam en de vader van Babette Sijmons, de jongere echtgenote van Jan Cremer. Herman Sijmons ontwierp ook kerkgebouwen, zoals voor de Hersteld Apostolische Gemeente in Bussum (1919), momenteel een synagoge, voor die gemeente in 1930 nogmaals een kerk; in 1958 ontwierp hij de Christelijk Gereformeerde Kerk in Naarden. Voor zijn werk, waaronder ook woonwijken, losse huizen, een apotheek, een basisschool liet hij zich sterk inspireren door Frank Lloyd Wright en het toont verwantschap met dat van Willem Dudok. De laatste jaren van zijn leven woonde hij in Vreeland, waar hij op 2 februari 1961 overleed.

John Rädecker is de beeldhouwer van het monument. Geboren Amsterdammer ( 5 september 1885) die in de hoofdstad overleed op 12 januari 1956. Hij is dezelfde die het beroemde Nationaal Monument op de Dam ontwierp met de tekst van Adriaan Roland Holst. Met zijn zoons is hij ook verantwoordelijk voor het Nationaal Legermonument op de Grebbeberg. Hij was eveneens schilder en tekenaar. Een aantal jaren voor de Eerste Wereldoorlog woonde hij in Parijs, daarna verhuisde hij naar Bergen, zijn stijl is verwant aan de Bergense School, terwijl hij tot de Amsterdamse School gerekend wordt.

266px-in_memoriam_john_radecker-ogv

‘Natuurlijke’ opvoeding

In de enorme tuin met haar drie kolossale beuken vóór ons appartementencomplex huizen eksters, die naar believen andere gevleugelde vrienden weg jagen, zoals duiven en kraaien. Zij zijn de baas op het veld. Het eksterpaar heeft twee jongen gekregen, die al behoorlijk uit de kluiten zijn gewassen. Maar nog steeds leren moeten, naar blijkt.

Vijf keer per week krijgen we hier warme maaltijden, inclusief een toetje of fruit. Soms is dat een appel. Ik ben niet zo dol op appels: het hapt met een kunstgebit niet zo makkelijk en er zit meer suiker in dan vitamines. ‘Snoep verstandig , eet een appel’ is een dubieus zo niet slecht advies. Enfin, ik besloot een appel prijs te geven aan het grote veld. En keek wat er gebeurde. Daar kwamen de eksters: vader en moeder voorop, de kids bleven op afstand. Vader en moeder begonnen in de appel te pikken en namen het stukje appel mee in hun snavel en brachten die naar de jonkies en stopten het in hun snavel. Dat was de voeding. Maar toen kwam de opvoeding. Ze dreven de jonkies naar de appel en stimuleerden hen zelf in de appels te gaan pikken. Dat viel nog niet mee. De jonkies keken en keken, maar pitten niet. Weer werd hen een stukje ‘in de mond’ gelegd. En daarna werden ze wederom gestimuleerd nu zelf de appel aan te vallen. Aarzelend begonnen de jonkies te pikken, dat wil zeggen een pikkende beweging te maken. Echt toetasten was er niet bij. Het ritueel herhaalde zich. Eindelijk durfden ze zelf de appel aan te vallen. De ouders bleven nog er bij staan. Volgende fase: de ouders verwijderden zich en keken toe of de jonkies zonder begeleiding aan het eten sloegen. Ook dat weer aarzelend eerst. de ouders  of althans één er van vloog weer aan om nog een zetje te geven. En eindelijk durfden de jonkies alleen toe te slaan. 

 

Verkiezingsdebat

Net als Bas Heine had ik geen zin om naar Rutte versus Baudet te kijken. Vooral omdat laatstgenoemde alle kwalijke sappen in mijn lijf tevoorschijn roept. Niet goed voor mijn nachtrust. Ik keek wel naar het debat tussen twaalf lijstaanvoerders op wie we vandaag echt kunnen stemmen. Helaas ook daar een paar die me onpasselijk maakten. Gelukkig waren daar ook de rust van Frans Timmermans, de olijke helderheid van Bas Eeckhout en de standvastigheid van Sophie in ‘t Veld. Positief verraste me de man van Denk en de grote vrouw van de Partij voor de Dieren miste gelukkig het onaangename fanatisme van Marianne Thieme. Het nationalisme van de vertegenwoordiger van de PVV gleed van me af, maar misselijk werd ik van Eppink van het te vrezen Forum en nog meer van de lijstaanvoerder van de SP, ene Hoekstra. Over de SP wil ik het nader hebben. Dochter Marijnissen bezorgt me al van het begin koude rillingen. In haar ogen lees ik minachting voor anderen en een overdosis zelfgenoegzaamheid; haar teksten zijn mantra’s met een stem als van een snijbrander. De voorzitter van de partij treft mij in een meedogenloze hardheid, opgesloten in een ijzeren toren van altijd gelijk hebben en willen hebben. Dat smakeloze spotje waarin Timmermans vernederd wordt: men heeft  zelf blijkbaar niets anders in huis dan een liefdeloos schoppen van een ander. Die partij kent alleen liefde voor ideologie en niet voor mensen. Daarvan getuigde ook het optreden van die Hoekstra. Een gezicht en woorden getekend door verbetenheid en minachting voor anderen. Het is luid maar loos getoeter, schallend koper zonder liefde.

Waarom doen partijen mee aan Europese verkiezingen, die tegen Europa zijn, tegen de Unie, die zich willen terugtrekken in een eigen nationalistische bekrompenheid? Over een uittreden uit de Unie gaat het Europees Parlement helemaal niet. Dus deelname is alleen bedoeld om dwars te zitten, om te frustreren, voor de voeten te lopen, te lopen pesten op het plein van de democratie. Aan Europa valt nog heel wat te sleutelen en te verbeteren, maar laten dat partijen doen die principieel voor Europa zijn. Dus mijn voorstel is om de volgende keer alleen partijen toe te laten die die keuze maken en partijen te formeren die je in elk land kan kiezen, zoals nu Volt.

Zendtijd voor Politieke Partijen

Vrijwel dagelijks kijk ik naar het zes-uur-journaal. Meestal zet ik de tv net ervoor daartoe aan. Soms eerder en dan val ik in de Zendtijd voor Politieke Partijen. Vorige week was ik zo vroeg dat ik het hele spotje kon zien en wel die van de VVD. We zagen een filmpje van een toespraak van Klaas Dijkhoff op een vierkant vrij hoog grijs-wit podium in het midden van een zaal, met daarom heen zijn publiek. Aan één kant op de eerste rij partijprominenten als Rutte, Bolkestein en Blok die vergenoegd en soms glunderend naar de fractievoorzitter luisterden. Die was gekleed in een wit overhemd en een vest; geen jasje. Zo ongeveer als we Jesse Klaver kennen van campagnes. Jesse wil uitdrukkelijk zijn jeugdigheid uitstralen. Dijkhoff is ook nog jong, maar wil door vest en baard m.i. ook een brug slaan naar de ouderen. Ik denk dat daarom naast een jeugdige wethouder van de VVD ook Bolkestein een plek kreeg op de eerste rij. Maar wat had Dijkhoff, zijn toespraak losjes in zijn hand, te vertellen? Retorisch gezien knap vertelde hij voor wie de VVD er wel voor was en voor wie niet. Alleen dat was zo ‘harmlos’, ongevaarlijk weinig concreet dat zijn toespraak op een podium van bijna elke partij wel gehouden had kunnen worden. Het was een preek, waarvan je als ‘kerkganger’ na afloop de ‘dominee’ kon zeggen: “mooi gesproken”, maar thuisgekomen denkt, maar wat doe ik er mee in de praktijk van alledag. ( Helaas denk ik dat ook wel eens van mijn eigen preken) Van de PVDA zag ik onlangs een deel van een spotje die veel concreter was, maar toch ook nog al wat vragen opriep. Ik heb het nu eens in zijn geheel terug gezien. je hoort eerst de stem van Lodewijk Asscher over de gezondheidszorg met beelden van die zorg en daarna zie je hem ook in een ziekenhuis. Dan volgt de platitude dat mensen recht hebben op een goede zorg. De finale boodschap: “wij willen investeren in verpleegsters etc en niet in managers, callcentra en hoofdkantoren.” Eigenlijk is dat ook een soort preek waarvan je als eerste impuls hebt: mooi gezegd, maar als je er over nadenkt, roept dat spotje alleen maar vragen op. Wij? Dat is dus de PVDA. De sluiting van ziekenhuizen recent heeft laten zien hoe weinig greep de politiek heeft op de gezondheidszorg. Wil de PVDA de zorg nationaliseren? Wil de PVDA af van managers, callcentra en hoofdkantoren? Of van een deel? Dus wil men nieuwe werklozen creëren? Preek in de praktijk prietpraat. Ik heb andere spotjes bekeken. Die van de SP lijkt sterk op die van de VVD. Lilian Marijnissen op een podium in een heerlijk zonnetje aan een haven in – ik denk – Rotterdam. Tussen het bijeengeorganiseerde publiek een glimp van Roemer, Remco Meijer en Prem Radhakishun, breed lachend. Zij houdt ook een preek: “dit mooie land kan zoveel beter” (bijkans de titel van een boek van Wouter Bos!) Inhoudsloos vallen woorden als rechtvaardigheid en moraliteit (lelijk woord) en ze roept op te staan. Maar waaruit en waartegen? Het publiek besluit het filmpje met een luid gescandeerd “Actie, actie”. D’66 maakt het helemaal bont: het is de presentatie van dat nieuwe goedlachse joch Rob Jetten, die door Den Haag loopt en vertelt dat hij in zijn schaarse vrije tijd foute Spaanse series op Netflix kijkt. Eén zin wijt hij aan het klimaat en tot slot roept een voice-over op om je bij Rob aan te sluiten. Om ook foute Spaanse series te kijken? Het meest concrete spotje is van een partij, waarop ik nooit zal stemmen, Forum voor Democratie. Hun spotje gaat helemaal over het Klimaatakkoord en rekent de kijker voor wat een energietransitie ons als burger gaat kosten en dat dat verspild geld is aangezien het effect vrijwel nihil zal zijn.Dat geld – 665 miljard kan beter besteed worden. Er worden sectoren genoemd als zorg en onderwijs en als enig concrete maatregel dijkverhoging tegen het stijgen van de zeespiegel.  Het is een spotje die wel tot nadenken stemt en niet afglijdt zoals een preek na afloop, thuis bij de borrel. Het spotje van 50 Plus is uitermate saai: veel platitude tekst en oproep om lid te worden en het pratend hoofd van Martin van Roijen. Conclusie: schaf die zendtijd af, die uiteindelijk ook van onze belastingcenten wordt gemaakt. Tot slot: Jesse Klaver is aanhanger van Ajax en Klaas Dijkhoff van PSV. Ik vermoed dat het in maart om die twee partijen gaat wie de grootste wordt, zoals in de eredivisie het ook om Ajax of PSV gaat. Ik hoop dan toch dat in beide gevallen Ajax wint.

May en mij en pindakaas

Tussen Theresa May en mij zijn weinig overeenkomsten. Eigenlijk – voor zover ik weet – slechts één. Dat zij domineesdochter is en ik dominee komt in de buurt. Ik las of zag en hoorde op tv – ik weet niet meer precies waar en hoe – dat de veel geplaagde Britse premier ‘s avonds voor het slapen gaan twee lepeltjes pindakaas nuttigt. En dat doe ik ook. Vroeger placht ik een boterham met dat heerlijke goedje te verorberen, evenals toen ook Adriaan van Dis, maar nu alleen twee kleine lepels vol. Het lijkt wel of het slapen beter lukt en het helpt ook tegen een kriebelhoest. Waarom: ik heb geen idee. Wellicht door de olie die in de pindakaas zich bevindt. In de huidige smeerbare vorm is pindakaas ontwikkeld door John Harvey Kellogg in 1893 vanwege een overschot in de pindaproduktie. Hij was een in 1852 geboren arts in Michigan, waar hij een sanatorium dreef met holistische methodiek, waar de nadruk vooral gelegd werd op voeding, klysmata en lichaamsbeweging. Hij was een fanatieke vegetariër en de uitvinder van de cornflakes. En dus ook van pindakaas. Voor de aanhangers van de Nashville-verklaring is hij ook een interessante figuur. Hij was tegen elke vorm van seksualiteit. Masturbatie bij jongens kon je volgens hem tegen gaan door besnijdenis zonder verdoving: de kortstondige pijn zou een reinigende werking op de geest veroorzaken. Voor meisjes was het toepassen van pure fenol op de clitoris een uitstekende manier om door hem als abnormaal gekwalificeerde lusten te onderdrukken. Kijk, dat zal mensen voor wie seksueel verkeer uitsluitend bedoeld terwille van de voortplanting aanspreken. Terug nu naar de pindakaas, waarbij mij nu een anekdote te binnenschiet van een vrouw die haar schoothondje letterlijk voor haar schoot gebruikte en ter bevordering van de bevrediging van haar opwindende lusten pindakaas op haar intieme deel smeerde en dat door haar ‘vriendje’ liet oplikken.  Pindakaas biedt meer mogelijkheden dan je denkt! Enfin ik smeer het al sinds mijn kindertijd op een boterham en eet het gezonde goedje ook graag puur. Want gezond is het :rijk aan plantaardige vetten, eiwitten, vitamines B1, B3 en E,linolzuur en nog zo wat. Je moet wel de goede en dus duurdere merken kopen, omdat bij de goedkopere varianten de pindaolie wordt vervangen door goedkopere en ongezondere palmolie bijvoorbeeld.    De naam ‘pindakaas’ is een merkwaardige. In het Engels is het ‘peanut butter’, dus zou je verwachten dat het bij ons pindaboter zou heten. Maar toen Calvé in 1948 in Nederland het op de markt bracht mocht dat niet, omdat de naam boter exclusief was vastgelegd voor roomboter om verwarring met margarine te voorkomen. Waarom werd het dan niet pindamargarine genoemd of iets dergelijks? En werd het pindakaas?  Het woord werd al gebruikt in Suriname. In 1783 kwam verscheen daar het handgeschreven Neger-Englisches Wörterbuch van de Duitse zendeling C.L.Schumann die het Surinaamse gerecht ‘pinda-dokunnu’ vertaalde als ‘Pinda-käse’. Dat gerecht bestond uit een blokvormige massa gestampte pinda’s, waarvan, zoals bij kaas, plakken werden gesneden. Vóór Calvé had in 1944 de Surinaamse bakker Harry Bharos in Paramaribo al een pindakaasbedrijf aan huis, wat in 1952 uitgroeide tot een bedrijf buitenshuis, dat Bharos Pindakaas in diverse soorten en smaken op de Surinaamse markt bracht. Pittige Surinaamse pindakaas mag ik ook graag eten, ofschoon je met sambal over je pindakaasboterham je het zelfde effect bijkans kan bereiken. Tot slot : er is nog een (oud-) politicus die in verband met pindakaas gebracht kan worden. Was Jimmy Carter niet een pandabeer uit Georgia?