De infantilisering en EO-isering van de kerk gaat maar door. Na digitaal kaarsjes opsteken, dominees met toga’s op de Dam, een tienjarige viering met vlotte liedjes en zgn. vlotte zangers in de stijl van koninginnedag op de Veluwe, de op sentiment gerichte uitvoeringen van The Passion en nog veel meer is er nu de Bijbel in begrijpelijk Nederlands. De kerk wil in het gevlei komen van de wereld, omdat ze leegloopt en wil zich in allerlei bochten wringen dat geloven leuk en gemakkelijk is. Terwijl dat het helemaal niet is. Het is juist ongemakkelijk, ongewoon, je moet er – om met Kierkegaard – een sprong voor wagen. De Bijbel wordt er niet begrijpelijker op, omdat het fundamenteel een onbegrijpelijk boek vol verhalen is. Door het zogenaamd gewoner te maken wordt het er misschien juist nog onbegrijpelijker van. Ik ben het met Desanne van Brederode eens dat het junkfood voor de geest is en dat betekent verschraling, het is ongezond en bedrieglijk. Je verkoopt knollen voor citroenen. Collega Willem Jansen heeft het onlangs in Trouw heel goed verwoord: je vertaalt essentie en geheimenis weg. Als je van de ark een boot maakt, is het hele idee van kist/doodskist weg en kom je niet tot de essentie van het verhaal. Scheppen vervangen door maken is de plank volkomen misslaan. Omdat scheppen scheiden is, zoals we al van Noordmans leerden en maken is iets anders. Twee voorbeelden die hij geeft die onweerlegbaar zijn. Maar dat kun je in leerhuizen en bijbelkringen e.d. uitleggen zo schreef iemand in de zelfde krant als reactie. Maar dat is de volksverlakkerij bevestigen: er staat dit, maar eigenlijk staat er iets anders. Laat dan staan wat er eigenlijk staat en probeer daarvan te proeven en te verstaan waarom het er zo staat. Voorafgaande aan de zondag waar ik in eigen gemeente voorga hebben we een groep gemeenteleden met wie we de tekst voor de zondag nauwgezet doornemen, waarbij diverse vertalingen ter tafel komen. Er gaat geen bijeenkomst voorbij of er moet geconstateerd worden dat de vertaling van 2004 voortdurend de plank misslaat. In talrijke gemeentes is die vertaling kanselbijbel en collega’s die hun vak serieus nemen moeten dan in de preek steeds zeggen, dat wat er staat er eigenlijk niet staat. Hoe vermoeiend en verwarrend, voor hem zelf en voor zijn gehoor! Er komt nog iets bij: ik vind het een belediging voor de oorspronkelijke schrijvers en redacteuren van de bijbelverhalen. Veronderstel dat we een compositie van Bach, Mozart of wie dan ook gaan veranderen, omdat het voor moderne oren te moeilijk is! Of een schilderij zo veranderen dat de betekenis duidelijker wordt. Een goede vriend is vertaler Italiaans en hij probeert zo nauwgezet mogelijk in constituent Nederlands te vertalen wat de schrijver heeft geschreven. Dat is zijn plicht, hij is dienend en het oorspronkelijk werk leidend. En dat zou voor de Bijbel niet gelden? Omdat er er toch geen protest komt van de oorspronkelijke auteurs en redacteuren? En is het educatief niet veel beter om je best te doen bij de ruif te komen in plaats van door de knieën te gaan?! Waarom zijn de liedjes van Annie MG Schmidt zo goed? Omdat ze niet infantiel zijn en daarom zowel kinderen als volwassenen aanspreken. Juist omdat het om vertalen gaat – in het Frans en Latijn verwant aan verraden – is dat een proces dat doorgaat, niet om het begrijpelijk te maken maar om het zoveel mogelijk in waarde te laten en zo dicht mogelijk achter het geheim te komen, dat het zich voor je opent en je raakt, ontroert, ontredderd, uit je comfort-zone schopt, verwondert en vrolijk stemt. Zoals elke uitvoering van bijvoorbeeld een cantate van Bach steeds weer een poging is om wat de grote meester wilde zeggen in noten tot zijn recht te laten komen voor de hoorders nu. In november komt Piet Oussoren met een herziening van zijn Naardense Bijbel. Daar zie ik naar uit, omdat hij de tekst serieus neemt, er nooit mee klaar is en die zo goed mogelijk tot zijn recht wil laten komen.