Duitse Renaissancecomponist, bekend om zijn liederen. Hij wordt op 26 oktober 1564 geboren in Neurenberg en overlijdt op 8 juni 1612 in Frankfurt am Main. Zijn vader Isaak was organist. Hij wordt beïnvloed door de toen zin Duitsland zeer populaire muziek van Orlando di Lasso. In 1584 wordt hij leerling van Andrea Gabrieli in Venetië, waardoor een sterk Italiaanse invloed ondergaat. Gabrieli was overigens een leerling van di Lasso/Lassus. Hassler concentreerde zich op de canzonetta en wordt in zijn meerkoppige stijl een voorloper van Heinrich Schütz. Terug in Duitsland komt hij in dienst van een Augsburgse bankiersfamilie en verwerft nationale bekendheid. Keizer Rudolf II verheft hem in de adelstand wegens zijn muzikale verdiensten. In 1601 duikt hij weer op in Neurenberg als Oberkapellmeister en hofdienaar van de keizer. Hij trouwt in 1604 in Ulm, treedt nog een paar jaar in dienst van de keurvorst van Saksen en sterft in 1612 aan tuberculose, terwijl hij zijn broodheer, keurvorst Johan George, vergezelt in Frankfurt , waar een nieuwe keizer gekozen zal worden. Hassler componeerde een aantal liederen dat nog immer bekend is: Tantzen uni springen, Herzlieb du allein, Ach weh des leiden, Aus tiefer Noth. Mein Gmüth ist mir verwirret werd door Johann Crüger gekopieerd en vervolgens door Bach gebruikt als basis voor O Haupt voll Blut und Wunden, uit de Mattheus Passion