“Tour de France’ – 9 – Van Uzès naar Albi

Om half negen vertrok ik uit Alès en al spoedig volgde een prachtige tocht langs de Tarn en door de Cevennes.

TarnCevennes

 

In Ganges, een dorp van nog geen 4000 inwoners in het departement Hérault, regio Languedoc- Roussillon dronk ik koffie en bezocht de St.Peterus en Pauluskerk, waar een jonge bariton een Marialied oefende. De andere dag zou het 15 augustus zijn, de dag van Maria Hemelvaart. Hij had een prachtige warme stem. weer op pad reed ik langs een monument voor gefusilleerde verzetsstrijders. Op 22 augustus 1944 werd het vonnis op die plek voltrokken. De bevrijding van Frankrijk was al begonnen, in het westen en in het zuiden. Een paar dagen er voor was Pétain gearresteerd in Vichy.Monument

Ganges

de route voerde me wat van de Tarn af om haar bij Cornus ( in het Latijn naam voor kornoelje) weer in het vizier te krijgen. Fotostops en kleine wandelingetjes maakte ik in Fondamenta en Brousse le Chateau, pittoreske dorpjes.

FondamentaBrousse

In St.Afrique, een levendig stadje genoot ik van een heerlijke lunch in hotel-restaurant Le Pont Neuf. Eén van de aardige dingen in Frankrijk is dat restaurants van overheidswege verplicht zijn driegangen lunches aan te bieden voor een klein bedrag. En zo deed ik me hier aan de Tarn te goed aan een salade van rauwe ham, tomaat en noten; een malse kippenpoot met gebakken aardappeltjes en zalige zoete worteltjes en een huisgemaakte moussse chocolat toe. Inmiddels heb ik het departement Aveyron bereikt, regio Midi-Pyrénées. De omgeving is weelderig prachtig en doet verlangen naar een langer verblijf.

St.Afrique Le Pont Neuf

In een bocht van een lichte klim stuit ik op een monument. Het blijkt er een te zijn voor de priester Jean Antoine Pourthé, die op 11 maart 1866 gedood is in Korea. Vanaf het monument is er een prachtig uitzicht over het heuvelig gebied en in het zonnetje brengen m’n gedachten me bij zr. Adolphine die in China een paar decennia een marteldood sterft. Zij is heilig verklaard en in Ossendrecht, haar geboorteplaats, is een kapel aan haar gewijd. Thuis vind ik op internet niets over de priester, wiens beeltenis naast me in een steen gegraveerd is. Achter het monument voert een smal pad naar een Mariakapel met bron, een boomvalk schiet voor me het pad over. 

priester

Aan het eind van de middag bereik ik Albi, de hoofdstad van het departement Tarn. De stad staat op de UNESCO-werelderfgoedlijst en telt zo’n 50.000 inwoners. In het centrum vind ik een klein, maar fijn familiehotel en inkwartiering ga ik op verkenning uit. De stad bestond al in de Romeinse tijd, met de naam Albiga. In de Middeleeuwen wordt het bisschopszetel en krijgt het een scriptorium, een werkplaats waar liturgische werken worden gekopieerd. In de 13e eeuw ontstaat er een door de kerk vervolgde ketterse beweging, naar de stad Albigenzen genoemd. Gedurende de renaissance komt Albi tot bloei door de wede-industrie. Wede is een plant die blauwe kleurstof levert. Maaar als de Portugezen en later de Nederlanders en Engelsen uit India indigo invoeren is het met de wede-cultuur gedaan. Indigo is veel kleurvaster. De grote trekpleister in Albi is de kathedraal Saint-Cecile, een gotische kerk, tussen 1282 en 1480 gebouwd als bolwerk tegen de Katharen, waar de Albigenzen toebehoorden. De kathedraal oogt dan ook als een vesting. De kathedraal kent een flamboyant doksaal en op de westmuur een 18 x 5 meter fresco van het Laatste Oordeel, waarschijnlijk van Vlaamse meesters uit de 15e eeuw. Het plafond kent fresco’s van Italiaanse renaissancemeesters.

Albi 1Albi 2

Albi 3Albi 4

Albi 5Albi 6

Albi 7

Mijn hotel blijkt ook over een uitstekende keuken te beschikken. Ik smul van een geitenkaassalade, een pasta van jakobsschelpen,artisjokharten en asperges, afgerond door een kaasplankje, natuurlijk begeleid door mooie wijnen. Tijdens het eten dringt gezang het restaurant binnen en er verschijnen lichtjes. Naar buiten gelopen zien we een processie voorbijtrekken, ook al weer in verband met Maria Hemelvaart.

Albi processie