‘Tour de France’ – 5 – Reims- Brienne

In Reims vond ik onderdak in Hotel Azur, een klein persoonlijk vriendelijk familiehotel hartje stad. Het regende toen ik aankwam, maar dat drukte de pret niet, want welgemoed liep ik naar de befaamde kathedraal met een tussenstop in een barretje, waar op een scherm actuele paardenrennen werden gevolgd door ontspannen wat oudere gokkers. 

266px-Cathedral_Notre-Dame_de_Reims,_France-PerCorr  Dit indrukwekkend bouwwerk , gewijd aan Onze-Liev-Vrouwe werd in de 13e eeuw gebouwd, waar de Franse koningen werden gezalfd en gekroond, omdat in de vroege middeleeuwen in de basiliek die hier voor stond en in 1211 door brand werd verwoest Chloderik door de heilige Remigius werd gezalfd en waar Clovis I in 496 gedoopt zou zijn. Jeanne d’Arc speelde een grote rol in de kroning van Karel VII op 17 juli 1429. Deze wankelmoedige vorst die waarschijnlijk aan een bipolaire stoornis leed was verwikkeld in een strijd met de Engelse vorst Hendrik VI, die zich ook koning van Frankrijk noemde en het gebied ten noorden van Loire en Gascogne beheerste.  De kathedraal werd pas voltooid in 1457: huidige klokkentoren en de beide grote oosttorens zijn 15e eeuws. De bouw ging niet zonder slag of stoot, stadbewoners werden geacht mee te betalen middels belasting. Toen in 1233 die weer werden verhoogd brak er een opstand uit onder de bevolking, waarbij ze de kanunniken uit de stad verdreven en barricades opwierpen van bouwmateriaal. Na drie jaar maakte de koning een eind aan de opstand, hij legde de opstandelingen hoge boetes op en maakte hun huizen met de grond gelijk. De kathedraal is zuiver gotisch met z’n middenschip en twee zijbeuken, met in de  niet massieve westgevel een roosvenster. De gevels zijn versierd met talrijke beeldhouwwerken en beeldjes. Met aan de oostgevel de galerij der koningen; de noordkant is versierd met de belangrijkste bisschoppen van Reims, het Laatste Oordeel en een Jezus-figuur; de zuidkant met een roosvenster met profeten en apostelen. 

Reims-kathedraal   Hier de tronende Christus met er onder naakten die uit hun graven opstaan.

Tijdens de Grote Oorlog bestookten de Duitsers de kathedraal met artillerievuur. In de jaren ’20 en ’30 volgde een restauratie, bekostigd door rijke Amerikanen, onder andere de familie Rockefeller. 

De Franse Revolutie kenmerkte zich ook door vernielingen in kerken, de Notre Dame moest er ook aan geloven, gelukkig zijn er nog glas-in-loodramen uit de 13e eeuw. De restauratie van de dertiger jaren van de vorige eeuw bracht een aantal nieuwe glas-in-loodramen en beroemd zijn natuurlijk die van Marc Chagall.

180px-Reims_ND3_tango7174135px-Cathédrale_de_Reims_intérieur  Koorvensters en grote roosvenster

Reims-ChagalChagal 1

 

 

Chagall-vensters- 1974- de boom van Jesse; de twee testamenten en grote momenten van Reims.

De kathedraal is eveneens beroemd om de ‘Engel met de glimlach’ en z’n zgn ‘tweelingbroer’ de engel Gabriël. Tijdens de al eerder genoemde artilleriebeschieting werd op 19 september het hoofd van glimlachende engel getroffen door een brandende gebintebalk. Het hoofd viel in brokstukken op de grond, een geestelijke verzamelde ze en sloeg ze op in de kelders van het bisschoppelijk paleis. Op 3 april 1926 kon het hoofd geweer als eenheid op de engel geplaatst worden.

127px-Ange_au_sourire169px-Laughing_angel_Reims links de Engel met de glimlach en rechts Gabriël.

De kathedraal kende in de vloer oorspronkelijk het patroon van een labyrint, door een besluit van het kapittel in 1779 vernietigd. Tegenwoordig wordt dit gebruikt in Frankrijk als logo om historische monumenten aan te duiden.

220px-Labyrinthe_de_la_cathédrale_de_Reims.svg

De kroningen van Franse monarchen in de kathedraal van Reims

Na nog een bezoek aan het interessante Museum Tau – genoemd naar de gelijknamige Griekse letter, omdat dit voormalig bisschoppelijk paleis in die vorm is gebouwd – liep ik weer terug naar mijn hotel met een tussenstop in het zelfde barretje, war nog steeds de paardenrennen werden gevolgd. Ik deed me tegoed aan een heerlijk glas koel bier. De eigenares van m’n hotel beval me een restaurant aan en dat strekte haar tot eer. Ik at er verrukkelijk. De heerlijke pinot noir bezorgde me een weldadige nachtrust.

De andere dag verliet ik het spoor van W.O. I en reed  over binnenwegen naar Lessard en Bresse, een deel van Bourgondië, beroemd om haar kippen in de kleuren van Frankrijk: wit lijf, rode kam en blauwe poten. Een tocht van plus minus 350 km, die me door de Champagnestreek en de Côte d’Or voerde. Zo passeerde ik Brienne le Château, waar Napoleon van 1779 tot 1784 opgeleid werd aan de militaire academie, één van de twaalf in Frankrijk. Het was een vooropleiding voor de academie van Parijs. De academie werd tijdens de Franse Revolutie verwoest, maar Napoleon was het stadje van zijn jeugd niet vergeten: in 1805 toen hij tot koning gekroond zou worden en terugkwam uit Italië maakte hij halt in het stadje en verbleef op het kasteel van de gravin van Brienne. Op de vlakte van Brienne vocht hij in 1814 tegen een leger van 100.000 man. Een strijd die hij verloor: hij moest afstand doen van de troon en ging in ballingschap. In een overgebleven deel van de voormalige academie is een museum aan hem gewijd en op het stadsplein staat een standbeeld van de jonge Napoleon.

Brienne 4brienne 1

Op de foto rechts de fraaie kerk van Brienne , die ik uiteraard niet onbezocht liet. In de kerk een merkwaardig schilderij van de aanbidding van het kindje Jezus. Let ook op Maria in haar helderblauwe rok (koningin des hemels) en de naar het schijnt slapende onverschillige(?) Jozef ; de aanbidders zijn engelen;  merkwaardig ook de olifant rechts. De olifant werd wel gezien als symbool van kuisheid, omdat hij naar verluidt in het water = in het verborgene z’n jongeren voortbrengt. Zo is hij een paradijsdier en verbeeldt hij Christus die de onkuisheid van Adam na de val kan opheffen. Ook wordt hij wel gezien als symbool van de zachtmoedigheid, omdat hij nooit met zwakkere dieren vecht.

Brienne-2  De Kerk kent ook prachtige gebrandschilderde ramen.

Brienne 3

Via o.a. Clairvaux  (Cistercienzer abdij) en Citeaux (ook abdij, oorspronkelijk benedictijns, thans trappist) – beiden plaatsen moeite van een stop waard, maar nu wegens tijdgebrek slechts gepasseerd, Dyon en Seurre arriveerde ik eind van de middag bij de voormalige boerderij  en nu tweede huis van vrienden, waar ik een kleine week zou verblijven.