Het is vandaag de geboortedag van Charles Gounod, wellicht het meest bekend van zijn Ave Maria, met een melodie gezet tegen een prelude van Bach. Op 18 juni 1818 wordt Gounod geboren in Parijs. Van zijn moeder krijgt hij pianoles. Hij studeert letteren en compositie bij Reicha. De muziek wint het van de letteren en het Parijse conservatorium laat hem toe voor verdere bekwaamheid. Na eerder een tweede prijs behaald te hebben, wint hij in 1839 de Prix de Rome, met de cantate Fernand. Hij verblijft drie jaar in Rome om  daarna door te reizen naar Oostenrijk en Berlijn, waar hij te gast is bij de zuster van Felix Mendelssohn, die hij bij haar ook ontmoet. De invloed van Rome en van de protestants geworden joodse Mendelssohn-familie stimuleren Gounod om in Parijs theologie te gaan studeren. Hij overweegt zelfs toe te treden tot een orde. Maar ingekapseld in het Parijse muziekleven en de hoeveelheid werk dat op hem afkomt verhindert een gang naar kloostergangen, kapel en cel. Hij ontvangt opdrachten voor toneelmuziek en opera. In 1852 wordt hij benoemd tot directeur van het Orphéon-theater. Het leidt tot de o.a. de opera Faust naar Goethe (1859) en tot opera’s als Mireille(1864) en Romeo et Juliette (1867). Tijdens de Frans-Duitse oorlog van 1870-71 vlucht Gounod naar Engeland, waar hij  religieuze oratoria als Rédemption en Mors et  vita opzet. Zijn laatste grote theaterwerk  is Le tribuut de Zamora uit 1881. Daarna componeert hij nog  uitsluitend religieus werk of kerkmuziek, zoals dat genoemde overbekende Ave Maria. Hieronder kunt u luisteren naar de Petite Symphonie voor fluit, twee hobo’s, twee klarinetten, twee hoorns en twee fagotten.