Bach en 1750

In zijn laatste levensjaar mag hij in januari nog meemaken dat zijn zoon Johann Christoph Friedrich wordt aangesteld als musicus aan het hof van Bückeburg.  Hij mag beleven dat op 2 februari in Leipzig een Magnificat van zoonlief Carl Philipp Emanuel wordt uitgevoerd. Bach heeft ernstige oogproblemen, lijdt aan staar, maar door Europa trekt een Londense oogarts met zeker faam. Eind maart laat Bach zich door deze dr. John Taylor opereren en begin april nog eens. De operaties halen niets uit, Bach is bijkans volkomen blind. In mei komt er nog een leerling, Johann Gottfried Müthel. Zijn krachten nemen af, zijn dochter Elisabeth en schoonzoon Johann Altnikol komen over naar Leipzig. Hij werkt nog aan Die Kunst der Fuge. In de 239e maat van het 19e contrapunt staan de laatste noten die hij schrijft. Zijn zoon Carl Philipp Emanuel zal achter de laatste maatstreep schrijven als het werk wordt uitgegeven: ‘NB Ueber dieser Fuge, wo der Nahmen BACH im Contra-subject angebracht worden, ist der Verfasser gestorven’.  Op 22 juli treft hem een beroerte, waarna hij een laatste communie ontvangt.  In zijn laatste week van zijn leven dacht Bach vlgs zijn biograaf Wolff na  over zijn al in Weimar geschreven orgelkoraal Wenn wir in höchsten Nöten sind. (BWV 668)  De van oorsprong zestiende eeuwse melodie  werd ook gebruikt bij de tekst Vor deinen Thron tret ich hiermit.  Waarschijnlijk vroeg hij op z’n sterfbed een vriend of z’n schoonzoon het koraal van dat we onder nummer 668 kennen te spelen, waarbij hij de tekst in gedachten nam van Vor deinen Thron..,waarvoor vooral het eerste en laatste couplet hem inspireerde tot een nieuwe zetting van het koraal die hij die vriend of schoonzoon dicteerde. . Op 28 juli sterft hij kort na kwart over acht ‘s avonds. Op 31 juli wordt hij begraven op het Johanneskerkhof.  In augustus volgt Gottlob Harrer hem als cantor van de Thomasschule op. Bachs tweede zoon, Carl Philipp Emanuel,  was overigens ook kandidaat, evenals August Friedrich Graun.

http://www.youtube.com/watch?v=QrQfRJGLjj

Vor deinen Thron tret ich hiermit, o Gott, uni dich demütig bitt, wend dein genädig Angesicht, von mir, dem armen Sünder nicht.

Ein selig Ende mir bescher, am jüngsten Tag erwecke mich, Herr, daas ich dich shau ewiglich: Amen, amen, erhöre mich.

In het sterfjaar van Bach wordt op 18 augustus Antonio Salieri geboren, die in Wenen met zijn opera’s zou triomferen. Het grote publiek raakte met hem bekend door de film Amadeus van Milos Forman, gebaseerd op een toneelstuk van Peter Shaffer uit 1980. De film kwam uit in 1984 en deed voorkomen alsof er een hevige strijd was tussen Salieri en Mozart en dat Salieri door jaloezie verteerd de hand zou zijn. Allemaal fictie. Salieri heeft Mozart wel aan het werk gezien; hij leed wel aan diepe wanen en sterke depressies en tegen z’n biograaf Moscheles zou hij geroepen hebben: ‘Sie wissen ja – Mozart, ich soll ihn vergiftet haben. Aber nein, Bosheit, lauter Bosheit!’

In 1750 – op 16 oktober – overlijdt ook de Duitse componist en luitspeler Sylvius Leopold Weiss. Hij was een briljante luitist, die wel zeker 600 stukken voor het instrument heeft geschreven, de laatste jaren van zijn leven diende hij in Dresden en raakte hij bevriend met Bach.