Het is een dramatisch jaar voor Bach. Tijdens zijn verblijf met prins Leopold in Karlsbad van eind mei tot begin juli overlijdt zijn vrouw . Als hij thuiskomt is ze al begraven. Maria Barbara was slechts 36 jaar toen ze plotseling stierf. Al eerder had de dood toegeslagen in het gezin. In Köthen stierf in de wieg een tweeling en een jaar eerder het peutertje Leopold Augustus. Bach bleef na ruim twaalf jaar huwelijk met vier nog jonge kinderen alleen achter. Aan het begin van het jaar had hij nog voor zijn oudste zoon Wilhelm Friedemann een ‘Klavierbüchlein’ gereed gemaakt. In het najaar heeft Sebastian energie genoeg om te solliciteren naar de post van organist van de Katharinenkirche in Hamburg, waarschijnlijk op aandringen van de oude orgelmeester Reinken. Uiteindelijk trekt hij zijn kandidatuur weer in, vermoedelijk vanwege smeergeld die betaald moest worden. In elk geval stort de organist die de post krijgt vierduizend mark in de kerkekas. Van een Hamburgse predikant is de uitspraak: ‘Ook al zou een engel uit de hemel organist in Hamburg willen worden, Hamburg wil liever centen zien’. In Hamburg voerde Bach z’n cantate Ich hatte viel Bekümmernis op als onderdeel van de sollicitatie.
In de vroege ochtend van 3 augustus 1720 gaat de kunstkamer van de beroemde Franse meubelmaker Boulle in vlammen op, waarbij honderden kunstvoorwerpen en schilderijen, waaronder werk van Rafaël, Rubens en Van Dyck verloren gaan. Boule, wiens vader Johan Bolt heette en in 1610 uit Gelre naar Parijs was getrokken en zijn naam verfranste, was een koninklijk meubelmaker die naam maakte met zijn inlegtechniek. Zijn meubels werden ingelegd met messing, koper, tin, brons, ivoor en hoorn. Zijn zoons zetten zijn werk voort onder Lodewijk XVI en Napoleon III.
Commode met gevleugelde vrouwenfiguren in verguld brons op de hoeken. (Kasteel van Vaux-le-Vicomte)
1720 is het jaar dat een windhandel in aandelen in Londen en Parijs voor enorme verliezen zorgen. Oorspronkelijke boosdoener is de Schot John Law die in Frankrijk een privé bank opzet die staatsbank wordt die de speculatiezucht van het publiek zo wist op te zweven dat het succes in haar tegendeel verkeerde. Er kwam teveel papiergeld op de markt, koersen kelderden, wilde inflatie, prijsstijgingen waren het gevolg. Ook in ons land werden gevoelige verliezen geleden, in Amsterdam kwam het tot de bestorming van een koffiehuis. Pieter Langendijk, Haarlemse damastwever, patroontekenaar, toneelschrijver en dichter schreef er een commedia over: Quincampoix of de Windhandelaars. Quincampoix was de straat waar Law z’n bank gevestigd had in Parijs.
Hiernaast het portret van Karl Friedrich Hieronymus Baron van Münchhausen, die op 11 mei 1720 geboren wordt in Bodenwerder in het Weserbergland. Hij diende als Duits edelman in het Russische leger, dat strijd voerde tegen Turkije. Daarover vertelde hij de meest wonderlijke verhalen, die nog immer voortleven. De verhalen waren bedoeld als onschuldig vermaak, maar meer en meer ergerden mensen zich eraan en werd de baron steeds meer gekwalificeerd als de Leugenbaron. Daarop trok hij zich terug uit het openbare leven. Op 22 februari 1797 sterft hij. Zijn geboortehuis is thans gemeentehuis, waarin een kamer aan de baron is gewijd.
Op 4 januari wordt bij Altenburg, een Landkreis van Thüringen Johann Friedrich Agricola geboren, die in Leipzig leerling van Bach zou worden. In 1741 volgt hij Graun op als dirigent van de koninklijke kapel in Berlijn. Agricola heeft zich verdienstelijk gemaakt als zanger, zangpedagoog, organist en componist.