Het stralende weer nodigde uit tot een wandeling naar de vogelkijkhut aan de rand van het Markiezaatsmeer. Samen met vriendin A. en gewapend met verrekijker vanaf parkeerplaats bij de Kraaienberg voor een groep leerlingen van het Juvenaat uit Bergen op Zoom o.l.v. van gemeentelid en natuurkenner als vrijwilliger in dienst van Het Brabants Landschap uit door een drassig weiland en langs bosschages naar die prachtige plek aan het water. de wilde paarden graasden op afstand, een groep kauwen lawaaiden rond een boom met holtes voor hun nesten, grauwe ganzen troepten bijeen. Op het pad naar de hut een paar fitissen, goed te zien en te horen ,alsmede een matkop. Rond de kijkhut en ook erin weggegooid vuil. Later vertelde Leo, dat ze al vuilniszakken vol hadden opgeruimd: overblijfselen van een illegaal feestje in de hut de afgelopen nacht, een ruig feest ook, gezien de vele condooms die gevonden zijn. vanuit de hut zagen we honderden meters verder tegen een eiland in het meer niet alleen ettelijke zwanen, maar ook lepelaars. Er moeten er al weer honderd zijn neergestreken. Een broedende meerkoet in het riet vlak voor de hut; een paartje grauwe gans met vijf jonkies zwemmen voorbij. Een paar krakeenden rusten in het hoge gras van een landtong. Hoog in de lucht, alleen met kijker zichtbaar: een veldleeuwerik. Op de terugweg in een kreek, overblijfsel van de oeroude Schelde-loop duizenden kikkervisjes. En dan in een plas, ontstaan door de vele regen van de afgelopen tijd: een paartje brilduikers. Die vriendin Annelies trefzeker vangt met haar camera. geen zeearend, geen ijsvogel, geen groene specht dit keer, maar het was prachtig, rustgevend en tilde me weer even uit de dagelijkse en voortdurende beslommeringen van mijn soms tijd- en vaak energievretend ambt.