Met Michaelskoor Oosterland, Wieringen
Vác [ˈvaːʦ]? (Duits: Waitzen) is een stad in Hongarije en de hoofdplaats van het district Vác (Váci járás). Vác ligt op de linkeroever van de Donau, iets voorbij de Donauknie en 34 km ten noorden van Boedapest aan de westelijke uitlopers van de Cserhát. Vác is een bisschopsstad met een opvallende achttiende-eeuwse domkerk. Een ander symbool van de stad is de ter ere van Maria Theresia opgerichte triomfboog.
Reeds in de Steentijd leefden hier mensen. Men komt er talloze ruïnes tegen, die erop wijzen dat hier veel vestingen waren. De eerste vermelding van Vác (Watzenburg) dateert uit 1074. Als stichter van het bisdom wordt koning Géza I beschouwd, die de kathedraal liet bouwen en er na zijn dood in 1077 ook begraven werd. Vác werd door de Mongolen in 1241 verwoest en later eveneens door de Turken, die de stad in 1541 innamen, maar steeds werd de stad weer opgebouwd. Na het vertrek van de Turken in 1686 was de stad ontvolkt en in puin. Bisschop Mihály Dvornikovich trok daarom katholieke ambachtslieden aan, uit Duitsland en uit Moravië. Daarna kwam het herstel op gang en kreeg Vác zijn huidige, barokke uiterlijk. Begin achttiende eeuw werd Vác beurtelings door Habsburgse en Hongaarse troepen bezet. In 1731 werd de oude stad door een grote brand verwoest. En in 1740-1741 werd de stad getroffen door de pest waarbij een tiende van de bevolking overleed.
In 1846 was Vác het beginpunt van de eerste spoorlijn van Hongarije, die naar (Boeda)-Pest liep.
interview voor lokale televisie
kees klein
Kees wordt geboren als ‘Cornelis Jacob’ op 30 maart 1944 in een boerderijtje bij de molen van Den Oever. Hij woont hier met zijn ouders en oudere broer Jan. Hij is 9 jaar als hij zijn eerste harmonium- en orgellessen krijgt van zijn grootvader Cornelis Koorn. Deze Cornelis Koorn zorgde ervoor dat in 1902 de kerkenraad van de Hervormde Gemeente Wieringen ertoe overging om het Teschemacherorgel aan te kopen. Dit kabinetorgel staat nog steeds in de Michaelskerk. Kees schrijft in zijn dagboek op zondag 4 december 1955: “De juffrouw van de zondagschool vroeg mij of ik de kinderen wilde begeleiden op het kerkorgel. Ik dacht dat het moeilijk zou zijn, maar, het ging goed”. Hij is dan 11 jaar.
Kees wordt geboren als ‘Cornelis Jacob’ op 30 maart 1944 in een boerderijtje bij de molen van Den Oever. Hij woont hier met zijn ouders en oudere broer Jan. Hij is 9 jaar als hij zijn eerste harmonium- en orgellessen krijgt van zijn grootvader Cornelis Koorn. Deze Cornelis Koorn zorgde ervoor dat in 1902 de kerkenraad van de Hervormde Gemeente Wieringen ertoe overging om het Teschemacherorgel aan te kopen. Dit kabinetorgel staat nog steeds in de Michaelskerk. Kees schrijft in zijn dagboek op zondag 4 december 1955: “De juffrouw van de zondagschool vroeg mij of ik de kinderen wilde begeleiden op het kerkorgel. Ik dacht dat het moeilijk zou zijn, maar, het ging goed”. Hij is dan 11 jaar.
Als hij 14 jaar is, overlijdt zijn opa. Kees schrijft dan: “Op maandag 13 januari stierf opa. Op 5 oktober had opa 55 jaar de kerk zijn dienst bewezen met orgelspelen. Hiervoor had hij ook de zilveren medaille in de orde van Oranje Nassau (50 jaar organist) gekregen. Nu moet ik helemaal alleen orgelspelen in de kerk!” Na de lessen van zijn grootvader krijgt hij les van de heer Boon uit Hippolytushoef.
Als Kees in 1963 in militaire dienst gaat, krijgt hij van de kerkenraad een verzoekschrift mee waarin wordt gevraagd of hij elk weekend naar Wieringen mag komen, zodat hij de diensten kan begeleiden. In zijn diensttijd werkte hij als broeder in het militair hospitaal. In 1964 ging hij in Haarlem wonen en volgde een opleiding Etalage- en Decorbouw. In deze Haarlemse tijd werd hij aangenomen op de Haarlemse Muziekschool en studeerde orgel bij Klaas Bolt. Hierna vervolgde hij zijn studie met orgel B bij Simon C. Jansen aan het Sweelinck-conservatorium in Amsterdam.Kees bleef ondertussen organist op Wieringen en begon met enkele kinderen te zingen. Dit groeide snel uit tot de Kindercantorij. Op de leeftijd waarop zij de basisschool verlaten, ontvangen de kinderen hun cantorijkruis en vormen zij een liturgische werkgroep. Wekelijks komen zij bij elkaar rond een thema en bereiden een viering voor.
In 1969 werd het Museumkoor opgericht. Een koor voor volwassenen. Dit gebeurde in de museum-/jazzboerderij van Max Teeuwissen in Den Oever. Gedurende een korte periode werden hier ook de repetities gehouden. Daarna in de Oosterlanderkerk. Dit tot op de dag van vandaag. Zij ondersteunen de oecumenische vieringen. Met koren en orkest werden meerdere concertreizen gemaakt naar Polen, Hongarije, Tsjechië en Slowakije. De eerste keer in 1984. In 1972 ging Kees weer in Den Oever wonen. In de dorpsboerderij van zijn grootouders vlakbij de haven. Hier zal hij zijn hele leven blijven. Een plek waar ook de liturgische werkgroepen, het archief en de administratie een onderdak kregen.
Met dominee Albert van Dorssen stond hij aan het begin van wat later het OCM zal worden. Samen met een groep enthousiaste en geïnspireerde mensen ontstonden vele activiteiten op kerkelijke en cultureel gebied. Er werden talloze nieuwe liederen gemaakt waarvoor hij de muziek schreef of bewerkte. Kees is zeer betrokken geweest bij de restauratie van het Teschemacher-orgel dat in 1974 plaatsvond en bij de restauratie van de kerk in de jaren
Als muziekleraar is hij vele jaren verbonden geweest aan de basisscholen op Wieringen. Hij maakte muzieklessen. Wist de kinderen te boeien met zijn verhalen en liet ze zo kennismaken met zang en muziek. Ook werkte hij bij Triade, een educatieve instelling in Den Helder voor Kunst en Cultuur. Hier ontwikkelde hij muziekprojecten voor scholen.
Kees onderhield intensief contact met een kindertehuis in Zuidoost Polen. Binnen de Oosterlanderkerk werden lange tijd geld en goederen verzameld om dit tehuis te ondersteunen. De laatste jaren van zijn leven, was hij buitengewoon ambtenaar van de burgelijkestand en voltrok vele huwelijken.
Een van de laatste ideeën waar hij zich voor inzette, was de herbouw van de Heidense Kapel op Stroe. De voltooiing hiervan heeft hij niet meer meegemaakt. Hij stierf op 6 februari 2016 en ligt begraven naast de toren van de Michaelskerk.
Winkel voor baby- en inderkleding