WANDELARTIKEL ND 7 SEPT 2021
Waar lopen we vandaag?
Gelukkig de tijden dat ook de burchten weer van slot gaan. Een bezoek aan ’s lands beroemdste slot (met Loevestein) is alleszins de moeite waard, maar een gedetailleerde wandeling door het van oorsprong middeleeuwse ‘Amuda’, Muiden, is dat zeker ook. De naam zegt wat het was en nog immer is: monding van de Aa, de vroegere benaming van de Vecht.
Wat is er te zien?
Aan de Gooische kant van het stadje staat een pand dat eeuwenlang dienstdeed als veerhuis. Het voor- naamste vervoer tussen Naarden en Muiden ging over de trekvaart, halverwege de negentiende eeuw kwam er een weg langs die steeds belangrijker werd en het veerhuis werd koffiehuis; vanaf 1927 was er rijksweg A1 en ging het meeste verkeer aan het Vechtse stadje voorbij.
Verderop in het stadje trekt een spreuk de aandacht: ‘Zolang er paarden bestaan, zal ik er hoefijzers on- der slaan’. Het herinnert aan wellicht de oudste smederij van ons land, sinds 185 jaar in handen van de Friese familie Melis, tot 1997. De laatste smid, Jan Melis, liet de spreuk na en werd zelf in brons vereeuwigd bij de brug over de Vecht. Daar staan aan weerszijden van de Naarderstraat twee etablissementen die al eeuwenlang de inwendige mens verzorgen. Links café Floris V, in vervlogen tij- den ‘De Hertog van Gelre’ geheten en ‘Hof van Holland’. Rechts café Ome Ko, waar al getapt wordt sinds 1801.
Over de brug ligt rechts De Doelen, een pand uit 1668 en vanaf 1730 van woonhuis getransformeerd tot herberg met kolfbaan. Kolfen is een oeroude sport die zowel binnen als buiten werd beoefend en een combinatie is van cricket en golf. ‘Een kolfje naar mijn hand’ verwijst naar een lekker in de hand liggend slaghout. Verderop taveerne De Mol, een aangenaam bruine kroeg van ruim honderd jaar oud, waar je geneigd bent langer te blijven nippen dan goed voor je is. Op de brug is het raadzaam de blik naar het slot te richten, voor het slot zelf, maar ook voor de sluis uit 1674, met een drieledige functie: schutten, verdediging tegen de Zuiderzee en als onderdeel van de waterlinie. Fraaie panden liggen er aan de Vecht, zoals aan de Herengracht richting Muiderslot. Neem De Gouden Leeuw, in 1648 gebouwd en in 1691 woonhuis van Hendrik Hooft, achterneef van de beroemde P.C., baljuw van Gooiland en drost van Muiden en vurig leider van de Muiderkring. Aan de gevel van de voormalige Openbare School herinnert een gedenkplaat aan de vlootschouw die koningin Wilhelmina en koningin-moeder Emma afnamen op 3 augustus 1900.
Vlak voordat het Muiderslot lonkt, ligt rechts de Ton Kootsingel. Ton Koot (1907-1986) was een bekend slotvoogd, publicist en een kwart eeuw de bezielend secretaris van de Bond Heemschut. De klim van de singel naar de wal is de moeite waard: je hebt er een prachtig uitzicht op Muiderberg. En op de voormalige kazerne, vroeger een van de Forten, waarvan ook het Muizenfort nog over is.
Is er iets christelijks te zien?
Onvermijdelijk is de ontmoeting met de Grote of St. Nicolaaskerk, een gotisch bouwwerk met een laat-romaanse toren. Indien de kerk open is, is het alle moeite waard binnen te treden in een weldadig aandoende ruimte, met zeventiend-eeuws meubilair, een orgel uit 1661, een wandbord dat de zeven maanden durende pestepidemie uit 1602 herdenkt (650 van de 900 inwoners kwamen om) en enkele muurschilderingen. De kerk behoort tot de Protestantse Kerk in Nederland en ik mag het genoegen smaken er regelmatig voor te gaan, met de voortreffelijke Koos Damman op zowel het grote als kleine orgel.
Er is ook een rooms-katholieke Nicolaaskerk. Die staat om de hoek van de oorspronkelijke Nicolaaskerk aan de Vecht. Gebouwd in 1822 naar een ontwerp van Tieleman Franciscus Suys, hofarchitect van de koningen Willem I en Leopold I.
En de horeca?
Buiten wat al besproken is, staat op het Vestingplein bij het Muizenfort een snackbar, waar voortreffelijke friet gebakken wordt.
Is de wandeling een beetje aangegeven?
Zwerf rond, ga ook de zijstraten in en je komt nog meer aardigs tegen.