DE BERKEL

Rivierenserie ND – de Berkel – 8 juli 2022 – beeld Maarten Boersema

Een weiland vol grauwe ganzen, even verder een slapend paard. Of zou hij dood zijn, flits het door ons heen! Met daar direct erop volgend: daaraan valt niet te trekken!

Een groot bord trekt de aandacht: ‘Welkom in het gebied van de Stichting Marke Mallem!’. De stichting is een burgerinitiatief dat gronden langs de Berkel bij Eibergen in beheer en onderhoud heeft. Het Water- schap Rijn en IJssel wilde burgers middels zelfbestuur betrekken bij zijn taak en activiteiten. Er kwamen vijf ‘markenstenen’ die verwijzen naar het verleden van de Marke van Mallem. Vroeger werden die als grenspalen geplaatst om een gebied af te bakenen, waar onder gezag van een adellijk heer gemeenschappelijk geboerd werd.

Mallem is een vlek, waar zich een stuw bevindt in de Berkel. Drie kilometer verderop nog een stuw, bij de Stokkersbrug, een van de oudste Berkelbruggen, aldus het informatiebord. Ben te Vaarwerk die ons in- wijdt op dat bord in de geschiedenis van deze plek heet ons welkom in het hart van Olden Eibergen, ‘de buurtschap die zich aan beide oevers van de Berkel uitstrekt’.

Vader, moeder en dochter die voorbij komen wandelen zegt het allemaal niks: ‘We komen wel uit Eibergen, maar het gaat ons om het bijna dagelijkse wandelingetje; de natuur is hier al mooi zat, meer hoeven we niet te weten.’ En het is waar: het oog wordt verlustigd door de stroom, het groene land, de biddende torenvalk, het rustig grazend roodbonte vee, de hazen in hun dolle ren.

page40image27121472 page40image4300336

Een ‘Midwinterhoornplantage’ trekt de aandacht: een ijzerconstructie in de vorm van een reusachtige midwinterhoorn in weelderig groen.

Vanaf de weg waarop we nu staan raasde westwaarts op 1 juli 1927 de beruchte tornado, die Borculo teisterde en waarvan ooggetuigen verklaarden dat deze de Berkel leegzoog en een spoor van modder door de weilanden op de noordelijke oevers naliet.

De Berkel ontspringt in Duitsland, in Billerbeck, Kreis Coesfeld, Noordrijn- Westfalen. En mondt bij Zutphen uit in de IJssel. Op Duits grondgebied meandert de rivier dat het een aard heeft. Amper in ons land, bij Rekken, is een verbreding aangebracht, waar aangevoerd sediment kan bezinken in een zogenaamde zandvang. En van daar ging de Nederlandse waterbouwkundegeest in de vijftiger jaren zich roeren. De Berkel werd gekanaliseerd. Midden jaren zeventig was het karwei geklaard. Geen overstro- mingen meer, waar met name Eibergen last van had. Behalve een groot inundatiegebied kwamen er eveneens stuwen. Niet zonder gevolg voor diverse vissoorten. Ze verdwenen, zoals de kwabaal, de enige zoetwaterkabeljauw in ons land. En u raadt het al: delen worden weer hermeanderd, er komen vistrappen en berkelzompen keren terug. Dat zijn kleine vrachtschepen met een geringe diepgang. Nu ter vermaak van toeristen.

In Haarloo treffen we een boom, waarin een stopcontact is geschroefd met eronder de tekst: ‘Gratis groene stroom’. Groen is het land waarin de Berkel hopelijk nog meer dan vroeger gaat meanderen, met ’s winters het melancholieke geluid van de midwinterhoorn. ■

page40image4351168