Westerborkpad – 8 – Nijkerk – Putten

Donderdag 4 juni in het Coronajaar 2020 vervolgde ik mijn tocht naar Westerbork op een sinds tijden koudere en sombere dag met regendreiging. Start bij station Nijkerk en eerst weer door het oude Nijkerk, naar de haven en vervolgens via o.a. de Bruins Slotlaan de stad uit. 

De Bruins Slot die hier bedoeld wordt is Zwaantinus, die na Nijkerk ook nog burgemeester was van Alphen aan de Rijn. Hij werd geboren in 1903 in Weesp en begon op zijn vijftiende zijn loopbaan in Hoogeveen in de zuivelindustrie, stapte over naar het bankwezen en werd in 1926 in Hoogeveen gemeenteontvanger. In 1939 werd hij burgemeester in Nijkerk. Hij overleed in 1985.  Zijn zoon Harm , geboren in 1948, werd op z’n dertigste burgemeester van Winssum en daarmee de jongste van ons land. Daarna volgden posten in Zeewolde, Ridderkerk en Apeldoorn. Van 2003 tot 2008 was hij voorzitter van de Raad van Bestuur van de NPO, als opvolger van Gerrit- Jan Wolffensperger. Daarna werd hij voorzitter KWF Kankerbestrijding en sinds 2016 is hij voorzitter van Raad van Toezicht Wilde ganzen. Zijn dochter Hanke was van 2010 tot 2019 Tweede Kamerlid namens het CDA. En onlangs toegetreden tot het vierde kabinet Rutte als minister van binnenlandse zaken.                                                                                                                Er was nog een Bruins Slot-tak actief als bestuurder en politicus. De bekendste daarvan is Sieuwert die het schopte tot hoofdredacteur van Trouw en fractievoorzitter van de ARP in de Tweede Kamer.                                                                                                                                   Een zeer aparte Bruins Slot is T.B.S.: Tonny, voetballer en later coach van DWS-Amsterdam en tot zijn dood in 2021 nog betrokken bij Ajax als scout en analist van Ajax’ tegenstanders.

Enfin aan het eind van de B.S.-laan twee oorlogsmonumenten. Het eerste is een gedenksteen ter nagedachtenis aan twee op 12 mei 1940 gesneuvelde huzaren: de dan 24 jarige korporaal R.J. Scholten en de 20 jarige L.G. Onstenk. Wat is er gebeurd? Waarom hier dit monument? Het blijkt dat toen de oorlog uitbrak in sept 1939 Nijkerk werd aangewezen als een strategische plek ter verdediging van het westen van ons land. In mei 1940 werd de totale bevolking geëvacueerd naar Putten, Ermelo, Harderwijk en Nunspeet.  Het Nederlandse leger voerde beschietingen uit om de Duitsers een halt toe te roepen en zich te verweren tegen hun aanvallen. Vele huizen werden verwoest en de twee jongens van het monument kwamen om het leven. De steen vermeldt dat zij niet vergeefs vielen. Ik weet niet hoe hun familie daarover dacht, maar feitelijk was het wel vergeefs, want hun strijd voorkwam niet dat vijf bittere jaren volgden. Scholten ( geboren in Zutphen) ligt op de Grebbeberg begraven, Onstenk ( uit Warnsveld) ligt in Nijkerk zelf begraven.

Het tweede monument betreft de nagedachtenis aan 48 vermoorde Joodse inwoners van Nijkerk. 

Een kilometer loop ik door de wijk Hazeveld, langs een sloot, tussen de huizen door en zoals een bord aan het begin vermeld over het tracé van de vroegere zgn. Havenspoorlijn.  De lijn werd in 1903 aangelegd als onderdeel van de lijn Ede- Barneveld- Nijkerk- Nijkerk Haven. Omdat Barneveld als centrum van de pluimveehouderij in het midden lag werd het al snel ‘het kippenlijntje’ genoemd. In 1937 werd het deel van Barneveld naar Nijkerk al gesloten en afgebroken, omdat het niet rendeerde. De havenlijn bleef tot 1972 operationeel. In 1976 werd het ontmanteld. Het was overigens alleen bestemd voor goederenvervoer.

Het spoor overgestoken en bij bovenstaande oude boerderij, waardoor ik (o.a.) zo van de Vale Ouwe hou, loop ik een kilometer langs het spoor. Een oude man in blauwe overall kruipt door een aardappelveld en wiedt met zijn handen dat onkruidvrij. Er komt mij een man wandelend tegemoet. Hij spreekt me aan: ‘u wandelt het Westerborkpad? Ik ook, in stukken, vandaag van Putten naar Nijkerk’. Hij vertelt dat hij met zijn ruim een jaar geleden overleden vrouw enorme lange wandelingen heeft gemaakt. Eenmaal van Nijkerk- waar hij woont – naar Santiago de Compostela, maar via Geneve, Nice en eenmaal naar Assissi. Hij nam dan vijf maanden onbetaald verlof op. Bij het afscheid wijst hij me op de mogelijkheid van koffie met een stroopwafel verder op de route en ‘om twee uur begint het pas te regenen, maar dan bent u vast al in Putten‘.

En inderdaad zo’n 7 km van mijn eindbestemming ligt daar boerderij De Zoete Inval, met in  wat zij het ‘Biggehok’ noemen, de voormalige deel, een Senseo-apparaat, versnaperingen , zoals stroopwafels en een blik om je geld in te doen of daaruit ook te wisselen. Alles in goed vertrouwen en waarom zou je zoveel hartelijkheid misbruiken?! Koffie is een euro , evenals de stroopwafel. Ik ben de enige die pleistert en dat komt ook wel goed uit, want intussen is het toch begonnen te regenen.

Het regent nog steeds als ik weer verder ga, maar veel stelt het niet voor en ik ben er op gekleed. Ik doorkruis het natuurgebied Oldenaller, waar ik in één oogopslag en blikrichting een vrouw met een rugzak , een ooievaar en een ree zie. De ooievaar vliegt op en weg, de ree zie ik de oren spitsen en mijn richting op kijken en aan de vrouw vraag ik wat ze aan het doen is. Zij blijkt voor Natuurmonumenten te werken en maakt een inventaris van wat er groeit en bloeit op dit gebied van ‘natte’ hei en veen. 

Twee kilometer ruim over de rechte Hellerweg, met onderweg een aardige schildering op een kast en dan in het gehucht Halvinkhuizen linksaf op Putten aan tot aan het plantsoen, waarin een zandstenen Putter boerinnetje herinnert aan de beruchte razzia van 2 oktober 1944. In de nacht van 30 september op 1 oktober werd door leden van het Puttense verzet een aanslag gepleegd bij de Oldenallerbrug op de weg naar Nijkerk op een auto met Wehrmachtofficieren. Nog steeds is het waarom en het nut er van onduidelijk. Een Duitse officier en een verzetsman kwamen om het leven; twee korporaals wisten te vluchten en een andere officier bereikt zwaar gewond een nabijgelegen boerderij en waarschuwde zijn meerderen. De Wehrmacht was woest en generaal Christiansen gaf vanuit zijn hoofdkwartier in Huizen het bevel tot een vergeldingsactie, waarbij om onduidelijke redenen Putten werd uitgekozen. Honderden woningen worden in de brand gestoken, zes mannen en een jonge vrouw worden doodgeschoten. Gezinnen worden uit de huizen gehaald, vrouwen worden opgesloten in de kerk, de mannen in de dorpsschool en de eierhal. 659 mannen worden afgevoerd, eerst naar Kamp Amersfoort, waar 58 mannen om gezondheidsredenen worden vrijgelaten. De overige gaan op transport naar concentratiekamp Neuengamme. Onderweg springen er dertien uit de trein. Vanuit Neuengamme worden de mannen verdeeld over diverse buitenkampen. Slechts 48 mannen overleven, de rest sterft aan ondervoeding, dwangarbeid en ziekten. Het zandstenen monument is van de hand van Mari Andriesen en werd op 1 okt 1949 door koningin Juliana onthuld. Naast het herdenkingsplantsoen is niet zo lang geleden een Gedachtenisruimte gebouwd, met uitvoerige informatie en beelden van de tragedie.                

In de oorlog stond ds. Holland als Herv. predikant in Putten. Hij heeft op die maandag 2 oktober de mannen in de kerk toegesproken – de vrouwen en kinderen waren vrijgelaten en een deel van de mannen kwamen voor hen in de plaats – en daarna allen verzocht om samen ps. 84 vers 3 en 4 te zingen, met daarin de regels ‘welzalig hij die al zijn kracht en hulp alleen van U verwacht’ en ‘elk hunner zal in ‘t zalig oord van Sion haast voor God verschijnen’. Bij elke herdenking wordt deze psalm opnieuw gezongen. Ds. Holland schijnt overigens zich zelf als plaatsvervangend ‘offer’ aan de Duitsers hebben aangeboden.                            

De website www.oktober44.nl geeft zeer uitgebreide informatie.

Vanaf het plantsoen – het Vrouwtje kijkt overigens richting Oude Kerk – is het nog anderhalve kilometer naar het station. De trein brengt me  – met wandelhalsdoek als mondkapje – naar Nijkerk, naar mn auto. 

img_7958