Op leeuw en adder zult gij treden, jonge leeuw en slang zult gij vertrappen – ps.91: 13
Psalm 91 is een psalm voor in de woestijn. In de woestijn ben je op jezelf aangewezen en ben je overgeleverd aan de krachten van de natuur, aan plotseling opduikende gevaren, onverhoedse aanvallen van wilde dieren of gespuis dat het op je bezit of je leven heeft voorzien. In de psalm worden die bedreigingen concreet benoemd: een klapnet van vogelvangers, nachtelijke schrikbeelden (spoken?), een afgeschoten pijl overdag, rondgaande pest, middagkoorts, rondtrekkende bendes, leeuwen en adders. Wat de laatste betreft gaat het om de Palestijnse adder, die in het Midden-Oosten voorkomt en uiterst giftig, tot de dood als gevolg toe. Waar vind je dan beschutting?
Het volk Israël trok veertig jaar door de woestijn. De Ene trok mee in een tent. Die tent c.q. zijn aanwezigheid was hun ultieme beschutting. Het Loofhuttenfeest herinnert daar nog aan en psalm 91 refereert eraan. In de woestijn van ons leven, waar ook van alles ons bedreigt en angsten de kop opsteken, mag de tent/hut van de Ene , het schuilen bij Hem uitkomst bieden. Dan deert niets je meer en kun je op ‘adders’ trappen, maar hun bijtende gift heeft geen kracht.
Luther maakte van de hut een burcht: ‘Een vaste burcht is onze God, een toevlucht voor de zijnen’. Sterker nog: Hij sluit aan bij het begin van de psalm:
Wie zetelt in het geheim van de Hoogste,
in de schaduw van de Overmachtige overnacht,
zeggen zal hij tot de Ene:
mijn toevlucht en mijn bastion, mijn God:
ik weet mij veilig in hem!
Bastion oftewel vesting: dat verwijst naar de tempel, waar je asiel kunt vinden, ook na zelf verrichte misse daden. In dat heiligdom mocht geen bloed vergoten worden, dus geen wraak plaats vinden. Zie ons kerkasiel. In psalm 142 komt dit beeld voor, waar David zich schuil houdt in de spelonk van Machpela. De oudtestamenticus Gerrit Vreugdenhil promoveerde op psalm 91 en ontdekte dat de bedreigingen in de psalm genoemd symbool stonden voor en geassocieerd werden met demonische machten en krachten. Dat blijkt uit recente archeologische opgravingen van amuletten die gebruikt werden om kwade demonen af te wenden. In Zuid-Amerikaanse landen liggen op nachtkastjes thuis of naast het ziekenhuisbed bijbels opgeslagen bij ps.91. Ook hangen schilderijtjes met die psalm bij de ingang van woonhuizen. Het komt in de buurt van Paulus, wanneer hij hij zegt ‘dat noch machten , noch krachten ons zal kunnen scheiden van de liefde van God die er is in Christus Jezus’.